Connect with us

Supercars

Hoe de Porsche Boxster evolueerde van leuke roadster tot bijna supercar

Avatar

Published

on

De sensatie van een benzinemotor die meer dan 8.000 toeren draait is anno 2024 overweldigender dan het ooit was. Het was altijd al een aparte belevenis, maar tegenwoordig zijn atmosferische verbrandingsmotoren die de krukas zo snel laten draaien echt bijna uitgestorven. De 4.0 boxer krijst het uit en haalt door tot bijna 9.000 toeren. De huil van het mechaniek in de zescilinder is zo kenmerkend voor de heftigste GT-versies van Porsche dat ik het nauwelijks kan bevatten dat ik in een sportauto zit die van de 718 Boxster is afgeleid. Je linkt het toch meer aan een 911. De Boxster kwam meer dan 25 jaar geleden als instap sportauto op de markt om Porsche te redden en toegankelijker te maken. Inderdaad, dit is geen 911, dit is de 718 Spyder RS. Een auto die een geweldige mokerslag uitdeelt als je ‘m voor het eerst de sporen geeft. De middenmotor voelt aan als een rugzak vol pepmiddelen, hij zit vlak achter je stoel en dringt door tot je ruggengraat. Wat een opzwepende geluiden en wat een kippenvel krijg je ervan. Maar ook, wat een kabaal! De Spyder RS lijkt wel een circuitauto. Niet te geloven dat dit ontstaan is uit die vriendelijke Boxster die in de jaren 90 de 911 kwam versterken. De 718 Boxster gaat nu uit productie, maar deze Spyder RS mag nog even blijven.

Boxster was in 1996 de redding voor Porsche
De komst van de Boxster in 1996 betekende de redding voor Porsche, want wie denkt dat dat op het conto komt van de Cayenne, heeft het mis. Ja, de SUV heeft het merk uit Stuttgart groot gemaakt, maar het was toch echt de Boxster die Porsche voor een faillissement behoedde. Een verouderd modelaanbod, torenhoge kosten door een inefficiënt productieproces en sterk dalende verkopen in de Verenigde Staten brengen Porsche begin jaren 90 aan de rand van de afgrond. Onder aanvoering van Horst Marchart en Wendelin Wiedeking wordt een nieuwe productfilosofie geïntroduceerd. Een modulaire bouwwijze en het delen van componenten met andere modellen – anno 2024 de gewoonste zaak van de wereld – moeten tot een flinke besparing leiden, zo is het idee. Aldus begint men simultaan met de ontwikkeling van de vijfde generatie 911 (type 996) en een splinternieuw model met de naam Boxster, een compacte tweezitter die een jonger publiek moet aanspreken en die onder de 911 wordt gepositioneerd. De wulps gelijnde concept-car die in 1993 in Detroit wordt onthuld, krijgt unaniem de handen op elkaar. Als drie jaar later de definitieve versie het levenslicht ziet, blijkt dat die het studiemodel volop eer aandoet. Met een lage neus, over de voorwielen gebolde schermen en een achterzijde die sterke gelijkenissen vertoont met de 550 Spyder uit de jaren 50, is het Porsche-dna volop aanwezig. Typisch jaren 90 zijn de ellipsvormige details, kijk maar eens naar de lampen, luchtinlaten, ramen en deurgrepen.

Boxster staat voor samentrekking boxer en roadster
Het nieuwe productiebeleid heeft wel als gevolg dat de Boxster – een samentrekking van boxer en roadster – tot aan de A-stijlen grotendeels gelijk is aan de 911/996. Inclusief de ‘fried eggs’-koplampen waar de die-hard 911-fans zo’n hekel aan hebben. Verder naar achteren geven de cabrioconstructie en de middenmotorconfiguratie het model zijn eigen snit. Finishing touch is de in het midden geplaatste uitlaat. De Boxster 986 is 12 centimeter korter dan de 911, in de breedte en hoogte ontlopen de twee elkaar nauwelijks. De gelijkenissen doen puristen in het begin verzuchten dat de Boxster de 911 omlaag haalt. In Zuffenhausen redeneert men andersom: de 911 geeft het nieuwe model juist het benodigde Porsche-gevoel.

De groene Boxster S die we koppelen aan zijn verre afstammeling oogt 28 jaar na zijn komst als een sympathieke, vriendelijke auto. Zeker de ronde, wulpse achterpartij mag er nog altijd zijn. Het gebrek aan spoilers verhoogt zijn aaibaarheid, en daardoor vormt hij een groot contrast met de Spyder RS die woeste uitstroomopeningen in zijn voorste wielkasten heeft. Die zijn functioneel, want ze laten de hitte van de remmen uit de wielkasten ontsnappen en zorgen ook voor een luchtstroom naar achteren. Luchtinlaten in de zijkant heeft de eerste Boxster wel, voor de toevoer van rijwind naar de midscheeps geplaatste zescilinder boxer. Dit is een S en dus leidt de koeling naar een 3,2 liter. Een motor met 0,7 liter meer inhoud meer dan waarmee de Boxster zijn loopbaan begon in 1996, een halve liter meer dan de normale Boxster kreeg bij de eerste update in 1999, want dat werd toen 2,7 liter. Dat was ook het jaar waarin de Boxster S de gelederen kwam versterken. Vanaf dat jaartal had de normale Boxster 220 pk, de S leverde 252 pk. In deze S is de 3.2 gekoppeld aan een Tiptronic-automaat.
Trage Tiptronic
Die automaat vonden we rond de millenniumwisseling een actief stuk techniek, een halve eeuw later blijkt hij toch niet zo van werken te houden. Het duurt lang eer hij besluit terug te schakelen. Hij laat de motor liever zijn werk doen op het koppel bij een laag toerental en jaagt hem niet in de toeren. Zo kunnen we even bijkomen, want als je vanuit de heftige Spyder RS overstapt in de Boxster S is het alsof je van een hardcore houseparty overstapt in een relaxte strandtent met rustige loungemuziek. Na de aanslag die de 4.0 op je oren heeft gepleegd klinkt de oude motor bijna zalvend voor het gehoor, zo kan de adrenaline weer even zakken. Eigenaar Jan Renting gebruikt tijdens de toertochten die hij met zijn eerste Porsche maakt regelmatig de schakeltoetsen op het stuur om wat meer leven in de brouwerij te krijgen. De knoppen zijn kenmerkend voor Porsches met automaat in die jaren. Is zo’n S nog een beetje snel? Met de automaat sprint hij van 0 naar 100 in 6,9 seconden, de gewone Boxster met handbak doet dat sneller. Een S met manuele transmissie kan het in 5,9 tellen. En toch koos het merendeel van de Boxster-kopers voor de Tiptronic. Lekker relaxt toeren met het kapje open, dat leek het doel van de meeste Boxster-kopers. Dit betekent dat als je nu een eerste Boxster met handbak wilt, je zomaar 2.000 euro meer betaalt dan voor een exemplaar met automaat. Deze groene S sleet zijn eerste jaren in Italië. De eerste koper koos veel opties. Er is een aftermarket multimedia-installatie geïnstalleerd die niet detoneert met het interieur. Het dashboard lijkt sterk op dat van de 911 in die tijd. Opvallend: Porsche koos voor een frivole typografie van de cijfers in de wijzerplaten.

Licht en beweeglijk is de Boxster S
De Boxster S voelt lekker beweeglijk en licht aan. De auto gaat heel soepel om met drempels en heeft een lichte vorm van bodyroll, maar dat vinden we eigenlijk wel fijn. Het helpt je goed om door te krijgen wat de auto allemaal doet. De gewichtsverdeling is perfect, met een middenmotor die bij het uitaccelereren op de achterwielen drukt en daarmee veel grip en tractie genereert. Aan de andere kant is er bij het insturen voldoende gewichtsverplaatsing naar de neus voor de nodige scherpte. Maar zodra het onderstel zich vastbijt in de bocht, laat de auto niet meer los. Het is echt een toerauto door die wat trage automaat en daardoor is het extra lastig voor te stellen dat wat in de jaren 90 als een vriendelijke roadster begon, zo kon uitgroeien tot een waar straatmonster als de Spyder RS. Toen we twee jaar geleden een vroege Boxster naast een 718 Roadster 25 Jahre zetten stelden we al vast dat er met de rij-eigenschappen van de eerste generatie niets mis was. Destijds was de pers overigens ook al enthousiast. De Boxster werd in de loop der tijd scherper en serieuzer, met de vorig jaar gepresenteerde Spyder RS als ultiem hoogtepunt. Of toch niet? Want nergens staat in de aanduiding nog dat het tevens om een 718 Boxster gaat. Het is meer een hardcore product van de GT-divisie. Zoals een GT3 of een GT3 RS eigenlijk losstaan van de 911. De Spyder RS voelt niet alleen als de ultieme Boxster, het is misschien wel de beste sportwagen met middenmotor die Porsche ooit bouwde.

Elektrische toekomst voor Boxster
De toekomst van de Boxster is elektrisch en de nieuwe elektrische open sportauto komt in 2025. De nieuweling werd al meerdere malen in camouflagetrim gesignaleerd tijdens tests. In 2011 had Porsche echter al een Boxster E als rijdende proeftuin om van alles te leren over elektrische auto’s. Die auto had twee elektromotoren aan boord die samen 245 pk leveren. Ze zorgen voor een sprint van 0 naar 100 km/u in 5,0 seconden en de topsnelheid is 274 km/u.Daarmee was de elektrische Boxster ongeveer even snel als de Boxster S van die tijd.

First appeared at www.autoweek.nl

Continue Reading
Click to comment

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *