Formule 1-coureur
De F1-coureurs die Magnussen voorgingen en geschorst werden
De Formule 1 introduceerde in 2014 het strafpuntensysteem. Coureurs die binnen een periode van twaalf maanden twaalf strafpunten verzamelen, moeten een race langs de zijlijn toekijken. Lange tijd ging het goed en leek het erop dat de coureurs binnen de limieten zouden blijven, al kwam Pierre Gasly met tien strafpunten al in de buurt. In de Grand Prix van Italië volgde dan toch de eerste F1-schorsing sinds de introductie van dit systeem: Kevin Magnussen. Nog voor de introductie van dit systeem waren al meerdere F1-coureurs die om verschillende redenen tegen een schorsing van één of meerdere races aanliepen. Motorsport.com zet de raceschorsingen op een rij.
Kevin Magnussen – Grand Prix van Italië 2024
Het was al even duidelijk dat het dit jaar penibel zou worden voor Kevin Magnussen. Na de eerste zes races van het seizoen stond de teller namelijk al op tien strafpunten voor de Deen, die zich dus gedurende de resterende achttien races flink moest inhouden om een schorsing van één race te vermijden. In de Grand Prix van Saudi-Arabië kreeg Magnussen drie strafpunten voor een incident met Alexander Albon, waarna hij in China er nog eens twee strafpunten bij kreeg voor een incident met Yuki Tsunoda. Toen kwam een enorme dubbelslag in Miami, waar hij in totaal vijf strafpunten verzamelde om twee incidenten. Drie van die vijf strafpunten had hij te denken aan het veelvuldig blijvend voordeel halen uit het naast de baan halen terwijl de andere twee na een incident met Logan Sargeant volgden.
Veel races leek het goed te gaan voor Magnussen, die geen strafpunten opliep – tot aan de Grand Prix van Italië. Op het circuit van Monza zou een mislukte inhaalpoging op Pierre Gasly hem de das omdoen. De stewards wezen Magnussen als schuldige aan en hij kreeg een tijdstraf van tien seconden én twee strafpunten. Het totaal stond dus op twaalf strafpunten en zodoende volgde het FIA-document om de schorsing van één race aan te kondigen. Magnussen moest daarom de Grand Prix van Azerbeidzjan aan zich voorbij laten gaan. Opvallend is dat Gasly zelf aangaf dat het incident ‘niks voorstelde’ en dat hij het bij de stewards zou willen opnemen voor Magnussen. “Ik hoop dat ze dat op een of andere manier kunnen terugdraaien, want dat zou absoluut oneerlijk zijn”, aldus de Fransman. Ondanks dat bleef de schorsing staan en wees Haas Oliver Bearman als vervanger aan voor de GP van Azerbeidzjan.
Voordat Magnussen geschorst werd, stond de ‘eer’ van laatst geschorste coureur nog op naam van Romain Grosjean. Dat was dus nog voor de introductie van het strafpuntensysteem. De Fransman kreeg een schorsing van één race en een boete van 50.000 euro voor het veroorzaken van de startcrash bij de Grand Prix van België van 2012. Daarbij stuurde hij in de run naar La Source naar rechts, waardoor Lewis Hamilton op het gras kwam en na contact tussen de twee crashten zij volop tegen Fernando Alonso in de Ferrari en de beide Saubers van Sergio Pérez en Kamui Kobayashi. Laatstgenoemde had net een zeer goede kwalificatie achter de rug: hij had de Sauber op startpositie twee gezet. In alle chaos vloog de Lotus van Grosjean vol over de Ferrari van Alonso, waarbij Alonso met de schrik vrij kwam.
Na afloop erkende Grosjean dat het incident zijn schuld was, al voegde hij ook toe dat het niet zijn intentie was om Hamilton zo af te knijpen. “We weten dat La Source een heel moeilijke bocht is. Het was een beetje een gekke start, aangezien [Pastor] Maldonado [een valse start] had en de Sauber [van Kobayashi] enorm rookte”, zei Grosjean. “Ik maakte een fout en schatte het gat met Lewis verkeerd in. Ik was ervan overtuigd dat ik voor hem zat. Een kleine fout heeft tot een groot incident geleid. Ik veranderde niet van lijn. Ik wilde niemand in de muur duwen, ik ben hier niet om de race in bocht één te beëindigen. Het spijt me enorm en ik ben blij dat niemand gewond is. Maar ik moet zeggen dat het een ontzettend moeilijke beslissing is om aan te horen.”
De stewards oordeelden dat Grojsean verantwoordelijk was voor de crash en legden hem dus een schorsing op voor de Grand Prix van Italië een week later. “De stewards beschouwen dit incident als een zeer ernstige overtreding van de reglementen die mogelijk letsel bij anderen kon veroorzaken”, viel in een FIA-document te lezen. “De stewards merken op dat het team toegeeft dat de actie van de coureur een extreem ernstige fout was – en een inschattingsfout. Noch het team, noch de coureur heeft een verklaring afgelegd om de straf te verzachten.” Als gevolg daarvan nam Jérôme d’Ambrosio het stuur over op het circuit van Monza.
Felipe Massa – Grand Prix van Italië 2002
In de zin van schorsingen valt Felipe Massa hier niet helemaal onder, al miste de Braziliaan in 2002 wel de Grand Prix van de Verenigde Staten als gevolg van een kwestie rondom gridstraffen. De Sauber-coureur had namelijk een gridstraf van tien plaatsen ontvangen tijdens de Grand Prix van Italië vanwege een incident met Pedro de la Rosa. Beide coureurs vielen uit en moesten zich melden bij de stewards. Daar oordeelden zij dat Massa schuldig was aan het incident en daarop kreeg hij een gridstraf van tien plaatsen – de eerste gridstraf ooit in F1.
Die eerste gridstraf ooit betekende ook dat de regels nog relatief nieuw waren en dus was er een loophole te vinden. De regels stelden namelijk dat de gridstraf ‘de volgende race’ ingelost moest worden en dus niet specifiek ‘de volgende race van desbetreffende coureur’. Daarop besloot Sauber om de gridstraf niet te incasseren door Massa voor een race langs de kant te laten. Heinz-Harald Frentzen, die van 1994 tot en met 1996 voor het team reed, keerde zodoende eerder dan gepland terug – aangezien hij vastgelegd was voor 2003. Op die manier ontsnapte Massa – en Sauber – dus aan een gridstraf om op die manier de strijd om de vijfde plek bij de constructeurs in leven te houden. Dat lukte, want Sauber wist Jaguar achter zich te houden.
De raceschorsing van Jacques Villeneuve is een unieke, aangezien de Williams-coureur alsnog aan de race mocht meedoen omdat zijn team in beroep ging tegen het besluit van de stewards. De Canadees ging toen met negen punten voorsprong aan de leiding in het kampioenschap terwijl er nog maar twee races te gaan waren. Villeneuve had zijn Williams op pole gezet voor de Grand Prix van Japan van 1997, maar als het aan de stewards lag zou hij niet eens van start gaan in die race.
Villeneuve had tijdens de training op zaterdag namelijk niet afgeremd in Spoon toen hij langs de gestrande Tyrrell van Jos Verstappen reed. Niet alleen Villeneuve, ook Michael Schumacher, Rubens Barrichello, Johnny Herbert en Ukyo Katayama maakten zich hier schuldig aan. Zij kregen allen een voorwaardelijke schorsing van één race. Het kwam erop neer dat zij zich bij een herhaling van dit vergrijp wel een schorsing zouden krijgen. Villeneuve had zich al drie keer eerder schuldig gemaakt aan dit feit en hij kreeg daarom een schorsing voor de eerstvolgende race – de GP van Japan.
Williams ging echter in beroep tegen het besluit van de stewards. Aangezien er geen tijd was om een hoorzitting te organiseren, mocht de Canadees gewoon van pole-position starten en deelnemen aan de race. Hij kwam in die race als vijfde over de streep en dat leverde hem twee punten op. Daarmee was de zaak nog niet afgedaan: Williams besloot na de race om het beroep niet door te zetten, waarop de schorsing dus alsnog stond en Villeneuve uit het resultaat geschrapt werd.
Michael Schumacher – Grand Prix van Groot-Brittannië 1994
De eerste coureur in deze lijst die een schorsing voor meerdere races kreeg: Michael Schumacher. De Duitser moest in 1994 de Italiaanse en Portugese Grand Prix aan zich voorbij laten gaan. Hij kreeg in de Britse Grand Prix een straf omdat hij Damon Hill tijdens de opwarmronde had ingehaald en dat vervolgens herhaalde toen de eerste start afgebroken werd. Volgens het reglement van 1994 had dat eerste vergrijp al moeten leiden tot een straf voor Schumacher, die dan van achteraan had moeten starten. De Britse officials waren echter niet op de hoogte van die regels, waardoor Schumacher pas in ronde 13 een straf kreeg – wat tot de nodige verwarring leidde. Hij had namelijk een tijdstraf van vijf seconden gekregen, maar Benetton haalde de coureur niet naar binnen omdat er geen sprake was van een stop/go-penalty.
Volgens diezelfde regels uit 1994 moest een tijdstraf voor de laatste twaalf ronden van de race ingelost zijn in de pitstraat. Na zeven ronden kreeg Schumacher een zwarte vlag getoond, dus hij moest de pitstraat opzoeken. Hij negeerde die zwarte vlag en beweerde dat hij alleen zijn nummer kon zien, maar niet de vlag zelf. Benetton besloot in beroep te gaan tegen het besluit. Daardoor vond de hoorzitting pas na de Grand Prix van België plaats – een race waar de coureur ook uit het resultaat geschrapt werd. Zijn auto had namelijk ‘illegale slijtage’ aan het skid block. Benetton beweerde dat dit het gevolg was van een spin over een kerbstone. Dat werd echter afgewezen door de FIA, aangezien zij een patroon van slijtage en schade aan het skid block zagen. Na die race bleef de schorsing van twee races staan, waardoor Schumacher de races in Italië en Portugal moest missen.
Mika Häkkinen – Grand Prix van Groot-Brittannië 1994
Mika Häkkinen kreeg in 1994 een voorwaardelijke schorsing van één race na een incident met Rubens Barrichello in de laatste ronde van de Britse Grand Prix. Die voorwaardelijke schorsing stond voor drie races, dus de Fin moest in die drie races uit de problemen blijven om die schorsing te voorkomen. Dat lukte niet. In de eerstvolgende race, de Grand Prix van Duitsland, veroorzaakte de McLaren-coureur al in de eerste bocht een crash waar meerdere coureurs bij betrokken raakten.
Häkkinen kwam tegen de Williams van David Coulthard aan, spinde en nam in dat proces meerdere auto’s met zich mee. Daarvoor was er ook al contact tussen Alessandro Zanardi en Andrea de Cesaris meer naar achteren in het veld. Het resultaat? Elf uitvalbeurten in de openingsronde van de race, tien van die coureurs haalden de eerste bocht niet eens. Häkkinen kreeg voor zijn aandeel in de crash in bocht 1 een schorsing opgelegd. De coureur legde zich neer bij die straf en McLaren ging ook niet in beroep bij de FIA.
Eddie Irvine – Grand Prix van Brazilië 1994
Het houdt nog niet op met de schorsingen in het seizoen 1994. Naast Schumacher en Häkkinen liep ook Eddie Irvine tegen een schorsing aan. De Ier veroorzaakte tijdens de Grand Prix van Brazilië een crash waar vier coureurs bij betrokken raakten. Hij maakte een plotse stuurbeweging om Martin Brundle’s McLaren, die door motorproblemen getroffen was, te ontwijken. In die actie duwde hij Jos Verstappen in het gras.
Als gevolg daarvan verloor de Benetton-coureur de controle en vloog hij over de auto van Brundle heen – en beschadigde in dat proces de helm van de Brit. Ook Eric Bernard in de Ligier was slachtoffer van het incident: hij probeerde de chaos te ontwijken maar slaagde daar niet in. Het voorval kwam Irvine op een schorsing van één race te staan, evenals een boete van 10.000 dollar. Jordan ging in beroep tegen dat besluit, maar dat wees de FIA af. In plaats daarvan kreeg Irvine een zwaardere straf: drie races schorsing.
Zo moest hij ineens de Grand Prix van de Pacifics en de races in San Marino (Imola) en Monaco aan zich voorbij laten gaan. Een stevige straf, maar wel een waarvan de FIA hoopte dat dit teams ervan zou weerhouden om in beroep te gaan tegen beslissingen van stewards. Aguri Suzuki nam de Pacific GP op zich, De Cesaris mocht in San Marino en Monaco in de Jordan stappen.
Nigel Mansell – Grand Prix van Portugal 1989
De lijst van grote namen blijft doorgaan, want ook Nigel Mansell heeft ooit een raceschorsing moeten incasseren. Hij kreeg deze schorsing omdat hij in de Grand Prix van Portugal van 1989 in de achteruit door de pitstraat reed. Hij kreeg daar al een zwarte vlag voor, maar negeerde deze. De Brit verremde zich bij het binnenrijden van de pitbox en in plaats van zijn monteurs aan te rijden, besloot hij om hen heen te rijden. Daarom moest hij dus wel nog een paar meter naar achteren, al had dat officieel gemoeten door een extra ronde te rijden en de pitstraat opnieuw op te zoeken.
Mansell beweerde na de race dat hij de zwarte vlag niet had gezien en stelde dat hij de radioberichten niet kon verstaan door het geluidsniveau van zijn motor in het duel met Ayrton Senna. Beide coureurs crashten en vielen uit. De FIA zag het zwart-wit: Mansell reed door terwijl hij de zwarte vlag getoond kreeg én schakelde een titelkandidaat uit. Volgens het bestuursorgaan genoeg om Mansell een race langs de zijlijn te laten staan. Ferrari verving Mansell niet tijdens de Spaanse Grand Prix, waar dus enkel Gerhard Berger de Scuderia vertegenwoordigde.
Riccardo Patrese – Grand Prix van Italië 1978
Riccardo Patrese stond bekend om zijn agressieve rijstijl en had daarmee al enkele coureurs op de hals gehaald. Bij de start van de Grand Prix van Italië van 1978 haalde Patrese James Hunt in, waardoor de McLaren tegen het rechter achterwiel van de Lotus van Ronnie Peterson kwam. Meerdere coureurs raakten betrokken bij het incident, waarbij Petersons Lotus in de vangrails knalde en vlam vatte. De Zweedse coureur zat vast in zijn auto, maar werd door Hunt, Clay Regazzoni en Patrick Depallier uit zijn auto geholpen om ernstigere brandwonden te voorkomen.
Peterson was bij bewustzijn, maar had bij de crash 27 breuken in zijn benen en voeten opgelopen. De verwondingen zelf waren niet levensbedreigend, maar een dag later overleed hij alsnog aan de gevolgen van een vetembolie. Bij de volgende race kreeg Patrese van F1-baas Bernie Ecclestone te horen dat meerdere coureurs – waaronder Hunt, Mario Andretti, Niki Lauda, Emerson Fittipaldi en Jody Scheckter – dreigden om zich terug te trekken uit die race als Patrese niet geschorst zou worden. De organisatoren besloten Patrese te schorsen en hoewel Arrows nog om de mening van een rechter vroeg, besloot het team de Italiaan terug te trekken uit de race.
First appeared at nl.motorsport.com