Teams
Talent buiten F1: Waarom Colin Caresani niet mikt op de Formule 1
Colin Caresani is een van de grote autosporttalenten in Nederland. In plaats van jaren doorbrengen in de Formule 4, Formule 3 en andere formuleklassen waar velen het bestaan niet eens van kennen, heeft hij op jonge leeftijd een andere keuze gemaakt. Caresani kwam in 2022 uit in de DTM Trophy. Wie is deze coureur en wat zijn zijn toekomstdromen?
De afspraak staat op het circuit van Zandvoort. Het circuit voelt als thuis voor veel Nederlandse coureurs. Voor Caresani nog wat meer, want hij woont zijn hele leven al in de kustplaats. Veel gereden heeft hij overigens niet op het circuit in de duinen, althans niet competitief. “Ik heb hier een race met de BMW M2 Cup gehad, en twee races met de Fiesta. Ik heb hier verder nog niet heel vaak geracet, maar wel gewoon gereden voor bijvoorbeeld sponsordagen testdagen. Ik ben hier wel vaak geweest”, zegt Caresani in het exclusieve gesprek met Motorsport.com. De coureur is momenteel 18 jaar oud en reed in 2014 voor het eerst in de karts. Een jaar later reed hij zijn eerste race. Met elf jaar was hij een van de latere instappers.
Caresani was altijd autosportfanaat, maar F1-races op tv kijken deed hij niet veel. “Dat viel wel mee eigenlijk. Ik heb Formule 1 niet echt heel veel gevolgd. Ik heb vooral veel hier op het circuit gekeken. Dus GT’s, toerwagens en dingen die open voor het publiek waren. Pas vanaf 2013 ging ik Formule 1 echt goed volgen.” Of hij wel helden heeft in de autosport? “Max is natuurlijk op dit moment echt een held voor iedereen in de autosport, maar dat is natuurlijk erg makkelijk om te zeggen. Als je kijkt naar prestaties zeg ik wel Max. Maar het is toch gek om hem een held te noemen, omdat hij niet veel ouder is dan ik.” Le Mans is wel iets waar de jonge Nederlander voor ging zitten. Het ging hem niet zo zeer om de coureurs en de poppetjes, maar vooral het racen zelf. Caresani ziet zichzelf daar in de toekomst wel rijden, al heeft hij vroeger ook weleens andere ambities gehad. “In het begin was dat NASCAR”, lacht Caresani. “Maar dat kwam vooral door Cars. Daarna werd het Le Mans en DTM. Sowieso zijn GT’s en toerwagens altijd mijn droom geweest. Ik heb nooit echt aan de Formule 1 gedacht.”
Toekomst in autosport
In 2018 reed Caresani zijn laatste seizoen in de karts. Toen gingen hij en zijn omgeving zijn toekomst plannen. Met name zijn vader speelde een zeer belangrijke rol in zijn carrière. “Mijn vader heeft me überhaupt in de sport gezet. Hij wist veel van historisch racen, maar niets van professioneel racen of karten. We moesten zelf nog heel veel uitvogelen. We zaten gelukkig snel bij een goed team, en dan begin je ook meer te leren over de wereld. Als je met veel mensen spreekt krijg je veel verschillende verhalen te horen. Ik heb bijvoorbeeld veel met mijn oud-teambaas Ton Vink gepraat.”
Voor de coureur was het altijd al duidelijk dat hij niet de stap naar de Formule 1 zou maken. Het was ongrijpbaar en het daarom niet waard om het te proberen. “Het budget is het eerste. Daarbuiten moet je sowieso de formulewereld in. Formule Renault, Formule 3, Formule 2 en dan naar de Formule 1. Het probleem daarmee is dat het met de FIA vooral veel politiek is. Er zijn veel gevechten om goede stoeltjes. En ondanks dat iedereen met dezelfde motoren en chassis’ rijdt, zijn er megagrote verschillen tussen de teams, wat best wel logisch is na zoveel jaar.” Alles bij elkaar zorgde het ervoor dat de toerwagens een interessantere optie vormden, ook omdat je er in de meeste gevallen sowieso zou uitkomen. “Als je voor de Formule 1 gaat, moet je je ook vol concentreren op de formulesport en moet je ook dus echt een megabudget meenemen om daar in te komen. En lukt het niet om in de F1 te komen, val je alsnog terug naar op zijn best de LMP2 en Hypercars, en op zijn ‘slechtst’ de GT3. Daarom hebben wij ervoor gekozen om echt op toerwagens en GT’s te focussen, omdat het realistisch is om daar uiteindelijk in te komen. Coureurs als Matthias Ekström of André Lotterer [beiden succesvol in de GT-racerij] hebben ook geen gefaalde carrière.”
Route richting de top
GT3 is het doel van Caresani, Hypercar de grote droom. Hij wil zich de komende jaren bewijzen bij een fabrikant om daar aan de slag te kunnen. Daar is GT3 de perfecte route voor. Caresani focust zich nu puur op racen. Afgelopen zomer maakte hij zijn middelbare school af en nu is hij fulltime coureur. In 2022 reed hij dus in de DTM Trophy. Het is de opstapklasse van de DTM. Waar er in de hoofdklasse met GT3-materiaal wordt gereden, strijdt men in de DTM Trophy met GT4-wagens. Caresani stond onder contract bij Project One, een Duits topteam vol ervaring in de GT’s. In 2019 won Project One zelfs de GTE Am-klasse in de 24 uur van Le Mans. Caresani pakte dit jaar vier zeges en werd tweede in het eindklassement.
Of hij tevreden is met zijn carrière tot nu toe? “Wel over dit jaar. Maar over het feit dat ik zo lang in Nederland gebleven ben achteraf iets minder. Maar dat is een keuze die je maakt, en daar blijf je bij. Je kan niet tussendoor stoppen en iets anders gaan doen.” Hoogtepunten kan Caresani wel benoemen. “Dat zijn de twee overwinningen in mijn tweede weekend van de DTM Trophy. Een ander hoogtepunt is mijn eerste podium op het EK karten. Het was echt een competitieve klasse. Het probleem voor mij was dat ik pas heel laat het karten ben ingestroomd. Ik liep elk jaar iets achter de feiten aan. 2018 was echt het jaar dat ik kon strijden voor overwinningen en podia. Het was mijn eerste echte beker in het karten. Dat was gaaf en blijft me altijd wel bij, ook al was ik toen niet op het best in mijn carrière. Ik hoop dat ik dat nu nog steeds niet ben.” Caresani kende ook mindere races, maar toch was de mislukte race op Spa-Francorchamps een van de belangrijkste momenten van zijn carrière. “In de tweede race raakte ik betrokken bij een crash met mijn teamgenoot in de eerste bocht. De uitsporing van mijn auto was rechtsvoor compleet verpest. We bleven doorrijden. We hoopten op punten met een auto die bijna compleet afgeschreven was. Daar hebben we met het hele team indruk gemaakt met hoe we blijven strijden.” Boos als hij verliest is hij nooit in het openbaar, hij wil het althans niet laten merken. “Je zal mij niet snel boos zien of verhalen lezen waarin ik het team heb uitgescholden. Zij doen gewoon hun best. We werken samen en we maken allemaal fouten. Als ik in mijn eentje ben, ben ik wel boos.”
Tekst gaat verder onder de foto
Colin Caresani viert zijn overwinning op de Hockenheimring.
Foto: DTM
Doel vaststellen
Caresani gelooft heilig dat hij de juiste keuze heeft gemaakt. Hij heeft een duidelijke tip voor andere jonge coureurs die twijfelen over waar hun toekomst in de autosport ligt. “Ik zou echt adviseren om je doel vast te stellen. Als je van tevoren weet dat de F1 bijna onmogelijk is om te behalen, dan zie ik geen reden om de Formule 4 of 3 in te gaan. Dat zou ik zeggen.”
Tot slot is er nog de discussie of alles buiten F1 ‘minder’ is dan de koningsklasse zelf. Is de F1 het enige wat telt? Of is ieder kampioenschap even veel waard? Volgens Caresani is en blijft F1 het hoogst haalbare, maar zegt dat niet alles. “In mijn rangorde is Formule 1 gewoon het hoogste. Daarna komt Hypercar, gevolgd door het LMP2- en GT3-veld. Kijk maar naar de jongens die van F1 naar de DTM gaan, zoals Alexander Albon. Die werd maar zesde of zevende in het kampioenschap, terwijl hij uit de F1 kwam. Dat zegt ook wel iets over de DTM. Kijk maar waar de jongens die nu Hypercar gaan doen allemaal vandaan komen. BMW heeft Sheldon van der Linde, Marco Wittman en Philipp Eng, die uit de DTM komen, naast Colton Herta gezet. Ik denk niet dat ze dat doen als die jongens niet van hetzelfde niveau zijn. Ik zou zeggen dat het een heel verkeerd beeld is, want het is anders. Natuurlijk is de Formule 1 het hoogst, en Formule 2 en -3 zijn de hoogste opstapklassen, maar het is vooral een andere keuze.”
First appeared at nl.motorsport.com